IniciGrupsConversesMésTendències
Cerca al lloc
Aquest lloc utilitza galetes per a oferir els nostres serveis, millorar el desenvolupament, per a anàlisis i (si no has iniciat la sessió) per a publicitat. Utilitzant LibraryThing acceptes que has llegit i entès els nostres Termes de servei i política de privacitat. L'ús que facis del lloc i dels seus serveis està subjecte a aquestes polítiques i termes.

Resultats de Google Books

Clica una miniatura per anar a Google Books.

S'està carregant…

Gold: The Final Science Fiction Collection (1995)

de Isaac Asimov

MembresRessenyesPopularitatValoració mitjanaMencions
1,375713,554 (3.63)8
Gold is the final and crowning achievement of the fifty-year career of science fiction's transcendent genius, the world-famous author who defined the field of science fiction for its practitioners, its millions of readers, and the world at large. The first section contains stories that range from the humorous to the profound, at the heart of which is the title story, "Gold," a moving and revealing drama about a writer who gambles everything on a chance at immortality: a gamble Asimov himself made -- and won. The second section contains the grand master's ruminations on the SF genre itself. And the final section is comprised of Asimov's thoughts on the craft and writing of science fiction.… (més)
Cap
S'està carregant…

Apunta't a LibraryThing per saber si aquest llibre et pot agradar.

No hi ha cap discussió a Converses sobre aquesta obra.

» Mira també 8 mencions

U kreeg al een voorschotje op de bespreking van Goud in mijn bespreking van de Foundation-trilogie https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2021/09/foundation-foundation-en-keizer..., maar dat was uiteraard alleen maar zo omdat: 1) Goud ook over de Foundation-trilogie gaat; en 2) het in sommige gevallen interessant is een auteur iets te laten vertellen over zijn werk. “In sommige gevallen”, zeg ik wel, want een slecht boek blijft gewoon een slecht boek, zelfs al melkt de auteur er in een ander boek over door dat het toch zo goed is. Da’s gelukkig niet het geval met Isaac Asimov. De Foundation-trilogie is groots en Goud is op zijn beurt een bijzonder goed boek.

Al is het dan wel, eerlijk is eerlijk, een beetje een samenraapsel. Op de voorflap staat te lezen dat dit “De laatste verhalen van de meester van de moderne SF” (volgens Asimov zelf overigens niet te verwarren met “sci-fi”) zijn. Op de achterflap wordt al wat eerlijker reclame gemaakt: “een persoonlijk getinte verhalenbundel die een verhelderende blik gunt op het denkraam van een groot genrevernieuwer” en “Uit de verhalen in Goud, vernoemd naar het Nebula Award winnende titelverhaal, spreekt vooral vakmanschap, intelligentie en humor, uit Asimovs korte toelichtingen spreekt inlevingsvermogen (…)”. Maar in werkelijkheid bestaat nog niet de helft van dit boek uit wat de gemiddelde lezer (ik inbegrepen dus) zou verstaan onder “verhalen”.

“De laatste verhalen” is de titel van Deel een van het boek en omvat naast Goud de kortverhalen Cal, Links naar rechts, Frustratie, Hallucinatie, Instabiliteit, Alexander de God, In het ravijn, Aarde vaarwel, Strijdlied, Feghoot en het hof, Fout-intolerantie, Kleine broer, Naties in de ruimte en De glimlach van de chipper. Deel twee, Over science fiction, en Deel drie, Over het schrijven van science fiction bevatten echter geen verhalen (noch kort noch lang), maar introducties, voorwoorden, editorialen, enzovoort. Zeker niet minder het lezen waard – in tegendeel –, maar ze mochten op z’n minst wel van enige toelichting voorzien zijn. Ik weet niet of ze dat in de oorspronkelijke uitgave Gold misschien wél waren, maar in de Nederlandse vertaling, verschenen bij J.M. Meulenhoff in 1995, is alleszins niks opgenomen met betrekking tot de tijdschriften of boeken waarin die stukken oorspronkelijk verschenen. Zeker is dat ze niet allemaal tot zijn “laatste” hoorden en voor veel lezers zal het er ook niet echt toe doen wanneer en waarin deze artikels eerst gedrukt werden, maar wie na het lezen ervan zin krijgt om de bundels of tijdschriften die er na volgden te lezen of te verzamelen – en die zin géven is doorgaans de bedoeling van dergelijke artikels – blijft op zijn honger zitten. Maar goed, wellicht voelden ze bij Meulenhoff (of bij The Isaac Asimov Estate dat Gold uitgaf) niet de behoefte bladruimte te verspillen aan reclame maken voor iets waar ze toch niks mee konden verdienen. Het zij zo en het zij ook gezegd dat daarmee alles wat ik aan negatieve zaken kon noemen – behalve hier en daar een storende fout in de vertaling van Maarten Meeuwes (écht, “lijden” in plaats van “leiden”…) – ook genoemd is.

Voor de rest is dit een, zoals gezegd, bijzonder goed boek. Omwille van die laatste verhalen uiteraard. Verhalen waarin bijvoorbeeld een enigszins eigenzinnige robot (“Ik vraag hem niet of ik hem [een schrijfmachine, noot van mij] mag gebruiken. Als ik het hem niet vraag en hij niet zegt dat het niet mag, ben ik niet ongehoorzaam als ik hem gebruik.”), Cal, zich met medewerking van zijn eigenaar, een schrijver, tot schrijver ontwikkeld. Verhalen waarin, zeer tegen Asimovs gewoonten in, buitenaardse wezens opduiken, al worden die dan oorspronkelijk voor een Hallucinatie gehouden. Verhalen (Alexander de God) waarin precies gedaan wordt waar mensen ook in onze tijden héél ernstig mee bezig zijn: alles in modellen gieten, in de hoop zo alles beheersbaar te maken. Iets wat gelukkig goed afloopt: “De Aarde was weer vrij, wat natuurlijk inhield dat hier en daar een zekere mate van wanorde bestond, maar de meeste mensen vonden dat een geringe prijs om te betalen.” Verhalen (Fout-intolerantie) over machines die de creatieve inbreng van mensen overbodig maken, een thema dat bijvoorbeeld ook al naar voor kwam in het in De totale robot (bespreking hier https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2021/08/de-totale-robot-isaac-asimov.ht... opgenomen verhaal Galeislaaf. Verhalen (Kleine broer) waarin robots zodanig het hart van iemand veroveren dat dat hart meer voor hen dan voor mensen gaat kloppen. Verhalen (Naties in de ruimte) die zozeer “een moderne fabel” zijn (toch volgens de ondertitel) dat je ze zo kan koppelen aan de Koude Oorlog, inmiddels voorbij maar als het er op aankomt nog steeds in leven gehouden. En verhalen (Aarde Vaarwel) waarin kolonies, ruimte-kolonies in dit geval, zich “afscheuren” van de Aarde uit angst besmet te geraken met een of ander virus dat van de Aarde zou komen: “Als dit gebeurt, wordt er natuurlijk altijd verontwaardigd geroepen dat er een strengere controle moet komen. Daarom mogen reizigers van een andere nederzetting en kolonisten die van een reis terugkeren naar hun eigen nederzetting, niet zomaar binnenkomen zonder een volledig onderzoek van hun bagage, een complete analyse van hun lichaamsvloeistoffen en pas na een bepaalde quarantaineperiode, om te zien of iemand een op dat moment nog onzichtbare ziekte onder de leden heeft.” Tiens, waar hebben we dat nóg gezien?

Over Goud, het titelverhaal, heb ik het verder niet. Dat is er een buiten categorie (veel langer ook dan de andere, toch zo’n 35 bladzijden) en ieder stukje van het ontdekken waard. Met King Lear geef ik u de tip dat het over toneel gaat, maar meer krijgt u van mij ook niet. Over naar de delen die ik – al ben ik dan een grote fan van de verhalen van Isaac Asimov – in dit boek interessanter vond, de al eerder genoemde “introducties, voorwoorden, editorialen, enzovoort”. Die bieden behalve tot het werk van Asimov zelf – in zoverre dat nog nodig zou zijn – een bijzonder interessante introductie tot de wereld van de geschreven science-fiction. Bij momenten lezen de stukken als een regelrechte Who’s who?, maar je krijgt ook titels van verhalen en tijdschriften, uitleg bij thema’s, de verbanden tussen schrijvers, het wereldje op zich, enzovoort. Ik kreeg er verdorie goesting van om mijn hele collectie boeken even te laten voor wat ze is – ik heb, geloof het of niet, nauwelijks science-fiction in huis – en meteen aan het verzamelen te gaan. Wetend dat er heel veel van die oude tijdschriften gratis te downloaden zijn op het internet is dat niet eens zo moeilijk, dus dat zal er sowieso wel van komen, maar waar stapel ik dié nu weer?

Namen noemen dus. Gewoonlijk streep ik passages waarin zulks gebeurt wel aan om ze eventueel te gebruiken in mijn boekbespreking, maar een keer ik die bespreking geschreven heb, gom ik wat ik aangestreept heb ook weer uit. Dat ga ik in dit geval niet doen. Zoals gezegd zijn de stukken niet voorzien van uitleg omtrent plaats waar en datum waarop ze oorspronkelijk verschenen zijn, maar helaas ook niet van een literatuurlijst of van voetnoten. Ik ga mijn aanstrepingen dus, minstens tot ik ergens zelf een lijstje heb aangelegd, laten staan. Om zo makkelijker terug bij Robert ‘Bob’ Heinlein en Arthur C. Clarke uit te komen (al heb ik van die laatste wel 2001: een ruimte-odyssee en 2010: odyssee 2 staan). Of bij Herbert George Wells met zijn The War of the Worlds en The Time Machine (“Wells is waarschijnlijk de beste sciencefictionschrijver aller tijden (…) Als anderen na hem tot grotere hoogte zijn geklommen, is dat alleen omdat ze op Wells’ schouders staan”). Of Jack Williamson (The Legion of Space; Born of the Sun), E.E. Smith (Galactic Patrol), Nat Schachner (Past, Present and Future), Charles P. Tanner (Tumithak of the Corridors), Daniel Keyes (Flowers for Algernon) of Clifford D. Simak (City; Cosmic Engineers). Of bij L. Sprague de Camp (Lest Darkness Fall), Fritz Leiber (Conjure Wife), Frederik Pohl (Gravy Planet), Michael Bishop (The Gospel According to Galmaliel Crucis), Jim Aikin (Statues) of Poul Anderson (The Helping Hand). Of bij A.E. van Vogt, Alfred Brester, Harlan Ellison of Lester del Rey. Of bij bladen als Astounding Science Fiction (voorheen Astounding Stories), Astonishing Stories, Wonder Stories, Marvel Stories, Startling Stories of Galaxy natuurlijk. Om maar te zwijgen van fictie zonder dat het science is: A fruteful and pleasant Worke of the beste State of a publyque Weale, and of the newe yle, called Utopia, kortweg Utopia, van Thomas More; Looking Backward van Edward Bellamy; Paradise Lost van John Milton; Walden Two van B.F. Skinner (met uiteraard een titel verwijzend naar het Walden van Henry David Thoreau); het stuk waarvan de naam in theaters niet mag genoemd worden, “The Scottish Play”, van William Shakespeare; The Rime of the Ancient Mariner van Samuel Taylor Coleridge (nee, niet van Iron Maiden); Lord of the Rings van J.R.R. Tolkien (“elke keer genoot ik er meer van, omdat je, nadat de spanning verdwenen is, des te meer van de tekst en de opbouw van het boek kunt genieten”); Hymn to Proserpine van A.C. Swinburne; Alice in Wonderland van Lewis Carroll (en The Annotated Alice van Martin Gardner); A la recherche du temps perdu van Marcel Proust (die ook al voorbij kwam in mijn bespreking van Ode aan het kijken https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2021/09/ode-aan-het-kijken-alain-de-bot... van Alain de Botton); of de verhalen van Charles Dickens, Mark Twain; Oscar Wilde (zelfde opmerking als bij Proust) en P.G. Wodehouse.

Maar de stukken gaan niet alleen over schrijvers en hun producten, ze gaan ook over hun onderwerpen. Asimov was een man van de wetenschap met een interesse die véél breder ging dan zijn eigen specialisme, biochemie, en weet dus interessante feiten te brengen over ruimtereizen (“Alle sondes die de NASA tot nu toe door het zonnestelsel heeft gestuurd, waren spelletjes in onze achtertuin. De langste reis bestaat uit interstellaire tochten, reizen naar de sterren.”), over vliegende schotels, over – uiteraard – robots (en golems, bronzen reuzen en Mary Shelleys Frankenstein), of zelfs de praktische realiseerbaarheid van tijdmachines.

En ze gaan ook over hoe je een verhaal schrijft. Met uitleg over Het maken van een plot, Metaforen, Spanning, waar je Ideeën vandaan haalt, nut en onnut van Series, Voor jonge mensen schrijven, Namen (van karakters) en Pseudoniemen, Originaliteit, Correcties, Ironie (met als voorbeeld The Mysterious Stranger van Mark Twain en A Modest Proposal for Preventing the Children of Poor People in Ireland from being a Burden to their Parents or Country and for Making them Beneficial to the Public van Jonathan Swift), Plagiaat, Symboliek, bestsellers, dialogen en vuilbekkerij, en zelfs … Boekbesprekingen. Met een citaat uit dat laatste stuk wil ik deze boekbespreking eindigen:

“Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik niet van boekbesprekingen houd, nog van het bespreken van boeken. Dat is een zuiver emotionele reactie want, om redenen die duidelijk zullen zijn, heb ik er vreselijk de pest aan dat iemand mijn werk negatief beoordeelt.

Ik denk niet dat ik daarin alleen sta. Als ik schrijvers goed bekijk (bijna al mijn vrienden schrijven) zijn ze in twee groepen te verdelen. 1) Degenen die zichtbaar gegriefd zijn als er een slechte kritiek over hen verschijnt. 2) Degenen die diep gegriefd zijn als er een slechte kritiek over hen verschijnt, maar er niets van laten blijken.

Ik behoor tot de eerste groep. De meeste van mijn vrienden proberen zich als de tweede groep te gedragen, maar dat lukt hen niet altijd helemaal. Overigens zonder dat ze zich daar altijd bewust van zijn.

Helaas kun je op geen enkele manier je recht halen bij een criticus. Soms kreeg ik de neiging om iemand er eens flink van langs te geven in de vorm van een scherpe brief, met de bedoeling de idioot levend te villen, maar ik heb me altijd kunnen beheersen, op enkele keren in mijn begintijd na. Dat doe ik niet uit idealisme, maar omdat ik weet dat de schrijver altijd verliest bij zo’n confrontatie.

In plaats daarvan schrijf ik mopperende, geringschattende commentaren over boekbesprekingen en besprekers in het algemeen.

Maar ik sta ik [sic] hier op een foute plaats. Dit tijdschrift (dat een oogappel van mij is) heeft niet alleen een vaste rubriek waarin boeken worden besproken, maar ook andere rubrieken, die een minder vaste plaats hebben, waarin bepaalde facetten van het science-fictiongenre worden besproken. Als ik dan zo de pest heb aan besprekingen, waarom sta ik dan besprekingen in het tijdschrift toe?

Omdat ik eigenlijk helemaal niet de pest heb aan besprekingen en besprekers. Dat is een emotionele reactie, die ik ook als zodanig herken, en doet daarom niet ter zake. Ik ben een rationeel mens, ik denk graag; wanneer er onenigheid tussen mijn emoties en mijn rationaliteit ontstaat, hoop ik dat de rationaliteit elke keer weer wint.”

Waarna Asimov verder gaat met het opnoemen van de voorwaarden waaraan een goede criticus zou moeten voldoen. Kort samengevat: 1) “Een criticus moet een boek zorgvuldig lezen – elk woord, zo mogelijk zelfs als het heel slecht lijkt te zijn.”; 2) “Een criticus moet aandachtig lezen, misschien passages aankruisen en aantekeningen maken, zodat hij bij het schrijven van zijn bespreking niet helemaal op zijn geheugen hoeft te vertrouwen.”; 3) “Een criticus moet onbevooroordeeld lezen en zijn oordeel van het boek niet laten beïnvloeden door zijn kennis over de schrijver.”; 4) “Een criticus moet niet alleen een geletterd persoon zijn, hij moet ook een brede kennis van het genre hebben”; 5) “Een criticus moet zelf ook goed kunnen schrijven”; 6) “Het doel van de bespreking is niet de superieure kennis van de criticus te tonen of het erop te laten lijken dat de criticus, als hij er de moeite voor zou nemen, het boek zelf beter zou kunnen schrijven dan de auteur”.

Nu ga ik niet beweren dat ik op al die punten even goed scoor, maar ik heb sowieso geen problemen wat punt 1 en 2 betreft. Aangaande punt 3: ik heb ooit wel eens een schrijver ontmoet en er zelf eens vijf minuten mee gesproken, maar van die ene schrijver nooit een boek gelezen. Voor de rest interesseert het privéleven van schrijvers me nauwelijks, tenzij ze aan dat privéleven hun werk wijden. In dat geval wil ik het een al wel eens afzetten tegen het ander. Wat punt 4 betreft: ik ben niet meteen ongeletterd, maar kan ook niet zeggen dat ik alles weet van bepaalde genres. Ik lees elk boek op zich en voel eigenlijk niet de essentie een boek te gaan vergelijken met dat van een ander binnen hetzelfde genre. Punt 5: of ik goed schrijf, kan u eventueel zelf beoordelen aan de hand van mijn boekbesprekingen, maar ook op basis van mijn artikels voor TeKoS. Waarmee ik vanzelf op punt 6 kom: ik heb me in mijn jeugd wel eens bezondigd aan een aantal kortverhalen, maar zou me eerlijk gezegd verzetten tegen publicatie van de meeste daarvan nú. Ik heb dus zeker niet de pretentie zelf beter boeken te kunnen schrijven dan de auteur van welk boek ik dan ook bespreek.

Los daarvan is het uiteraard zo dat de meeste boeken die ik bespreek al jaren niet meer in de boekhandel te vinden zijn (tenzij tweedehands) en dat mijn boekbesprekingen niet door zoveel mensen gelezen worden dat ze in staat zouden zijn de verkoop van welk nieuw boek van een auteur dan ook te verminderen (of vermeerderen). Ik bespreek boeken dan ook vanuit een louter persoonlijk standpunt (ik heb er geen ander) en zelfs als ik zeg dat ik een boek heb afgevoerd naar de zolder, dan is dat nog steeds omdat ík het boek maar niks vond, terwijl ik boeken ook alleen maar aanraad om redenen die voor mij persoonlijk belangrijk zijn. De gustibus et coloribus, nietwaar?

Hoe dan ook: Goud is voor mij een blijver, een boek waarnaar ik allicht nog regelmatig zal teruggrijpen, een boek dat ik de liefhebbers van science-fiction ook zou aanraden, minstens omwille van de talloze referenties naar andere (waarschijnlijk) lezenswaardige werken.

Björn Roose ( )
  Bjorn_Roose | Sep 24, 2021 |
I liked the short stories but the random collection of musings, introductions to other books and anything else that the publisher seems to have had lying around was a bit of a hit and miss. ( )
  Paul_S | Dec 23, 2020 |
On the one hand, I very much enjoy Dr. Asimov's stories. All of the fiction in this volume was new to me, and a joy to read. That made up about 30% of the book.

A collection of essays, mostly introductions to anthologies and editorials from his magazine, filled the remaining 2/3 of the volume. They were sorted into two sections - On SF and On Writing SF, but there was no context given for any of them, nor were they in any particular order in each section. Many of the essays lost a lot from not being attached to the books they introduced. There was no way to know what Dr. Asimov meant by "In this volume". The book has the ghoulish feel to it, as if the publisher had simply thrown together a bunch of Dr. Asimov's writing, knowing it would sell.

When Dr. Asimov worked on an anthology, and in his SF magazine, he usually included a brief introduction to each story, telling abit about the author, or putting the story or essay into context. I very much wish the editor of this anthology had done the same. I'm very glad I get this from the library; I would feel quite short-changed had I purchased it.

That being said, the essays are good - just hard to follow in some cases. I'll return this copy to the library next week, so you can borrow it then :) ( )
  hopeevey | May 20, 2018 |
Asimov is a treasure, god bless him, but his fiction is often little more than a competently written one-liner. I attempted re-reading this whole collection and I got about half way through before remembering that it's so slight, there's a reason I only remember a bit of it now. ( )
  mrgan | Oct 30, 2017 |
I rather liked the first story ("Cal"), about a robot who wants to be a writer, and the title story has some interesting ideas about a future sensory medium and may give some indication of Asimov's feelings about The Gods Themselves. The rest of the stories are okay, but nothing special.

That's roughly the first third of the book; the rest reprints introductions to other anthologies and editorials from Asimov's Science Fiction magazine (though without any headnotes indicating what came from where; you're left to extrapolate from internal evidence and the copyright dates at the end). On the whole, these aren't worth the bother. ( )
  SR510 | Jul 23, 2011 |
Es mostren 1-5 de 7 (següent | mostra-les totes)
Sense ressenyes | afegeix-hi una ressenya

» Afegeix-hi altres autors (2 possibles)

Nom de l'autorCàrrecTipus d'autorObra?Estat
Asimov, IsaacAutorautor primaritotes les edicionsconfirmat
Card, Orson ScottIntroduccióautor secundarialgunes edicionsconfirmat
Haas, DominiqueTraductorautor secundarialgunes edicionsconfirmat
Meeuwes, MaartenTraductorautor secundarialgunes edicionsconfirmat
Rossiter, RichardDissenyador de la cobertaautor secundarialgunes edicionsconfirmat
Serrano, ErvinDissenyador de la cobertaautor secundarialgunes edicionsconfirmat
Has d'iniciar sessió per poder modificar les dades del coneixement compartit.
Si et cal més ajuda, mira la pàgina d'ajuda del coneixement compartit.
Títol normalitzat
Títol original
Títols alternatius
Informació del coneixement compartit en anglès. Modifica-la per localitzar-la a la teva llengua.
Data original de publicació
Gent/Personatges
Informació del coneixement compartit en anglès. Modifica-la per localitzar-la a la teva llengua.
Llocs importants
Esdeveniments importants
Pel·lícules relacionades
Epígraf
Dedicatòria
Primeres paraules
Informació del coneixement compartit en anglès. Modifica-la per localitzar-la a la teva llengua.
I am a robot. [from, "Cal," (1990)]
Citacions
Darreres paraules
Informació del coneixement compartit en anglès. Modifica-la per localitzar-la a la teva llengua.
(Clica-hi per mostrar-ho. Compte: pot anticipar-te quin és el desenllaç de l'obra.)
Nota de desambiguació
Informació del coneixement compartit en anglès. Modifica-la per localitzar-la a la teva llengua.
Contents:

Part One: The Final Stories


"Cal"

"Left to Right"

"Frustration"

"Hallucination"

"The Instability"

"Alexander the God"

"In the Canyon"

"Good-bye to Earth"

"Battle-Hymn"

"Feghoot and the Courts"

"Fault-Intolerant"

"Kid Brother"

"The Nations in Space"

"The Smile of the Chipper"

"Gold"

Part Two: On Science Fiction

"The Longest Voyage"

"Inventing a Universe"

"Flying Saucers and Science Fiction"

"Invasion"

"The Science Fiction Blowgun"

"The Robot Chronicles"

"Golden Age Ahead"

"The All-Human Galaxy"

"Psychohistory"

"Science Fiction Series"

"Survivors"

"Nowhere!"

"Outsiders, Insiders"

"Science Fiction Anthologies"

"The Influence of Science Fiction"

"Women and Science Fiction"

"Religion and Science Fiction"

"Time-Travel"

Part Three: On Writing Science Fiction

"Plotting"

"Metaphor"

"Ideas"

"Suspense"

"Serials"

"The Name of Our Field"

"Hints"

"Writing for Young People"

"Names"

"Originality"

"Book Reviews"

"What Writers Go Through"

"Revisions"

"Irony"

"Plagiarism"

"Symbolism"

"Prediction"

"Best-Seller"

"Pseudonyms"

"Dialog"
Editor de l'editorial
Creadors de notes promocionals a la coberta
Llengua original
Informació del coneixement compartit en anglès. Modifica-la per localitzar-la a la teva llengua.
CDD/SMD canònics
LCC canònic

Referències a aquesta obra en fonts externes.

Wikipedia en anglès (1)

Gold is the final and crowning achievement of the fifty-year career of science fiction's transcendent genius, the world-famous author who defined the field of science fiction for its practitioners, its millions of readers, and the world at large. The first section contains stories that range from the humorous to the profound, at the heart of which is the title story, "Gold," a moving and revealing drama about a writer who gambles everything on a chance at immortality: a gamble Asimov himself made -- and won. The second section contains the grand master's ruminations on the SF genre itself. And the final section is comprised of Asimov's thoughts on the craft and writing of science fiction.

No s'han trobat descripcions de biblioteca.

Descripció del llibre
Sumari haiku

Debats actuals

Cap

Cobertes populars

Dreceres

Valoració

Mitjana: (3.63)
0.5
1 3
1.5
2 10
2.5 3
3 47
3.5 9
4 53
4.5 3
5 26

Ets tu?

Fes-te Autor del LibraryThing.

 

Quant a | Contacte | LibraryThing.com | Privadesa/Condicions | Ajuda/PMF | Blog | Botiga | APIs | TinyCat | Biblioteques llegades | Crítics Matiners | Coneixement comú | 204,506,038 llibres! | Barra superior: Sempre visible